Als u een voertuig bestuurt, kunt u een telefoon, tablet of muziekspeler alleen gebruiken met een handsfree opstelling. Als uw voertuig stilstaat, kunt u deze handheld gebruiken.
Handsets en gemotoriseerde voertuigen
Bent u de bestuurder van een motorvoertuig, bromfiets, scooter of gemotoriseerd voertuig? U mag tijdens het rijden geen telefoon, navigatiesysteem, tablet of muziekspeler vasthouden. Het is ook niet toegestaan om uw telefoon op zijn plaats te houden tussen uw schouder en uw oor.
U kunt uw telefoonhoorn gebruiken in een geparkeerd of stilstaand voertuig
U kunt uw handset gebruiken als uw auto geparkeerd of stilstaat (bijvoorbeeld als u in de file staat of bij een rood licht staat).
Sancties voor het gebruik van een telefoonhoorn tijdens het rijden
U kunt een boete krijgen voor handheld gebruik van een telefoon, navigatie, tablet of muziekspeler tijdens het rijden. U kunt een overzicht van boetes voor verkeersovertredingen vinden in de database met boetes van het Openbaar Ministerie (Boetebase). De overtredingen worden per categorie vermeld.
Het gebruik van een telefoon tijdens het rijden verhoogt het risico op een ongeval
Het gebruik van een handset tijdens het rijden veroorzaakt gevaarlijk gedrag en verhoogt het risico op een ongeval. Als u tijdens het rijden een telefoon gebruikt, wordt u afgeleid. Je zult ook je aandacht moeten verdelen tussen je telefoongesprek en de weg.
Regels voor het gebruik van een telefoon tijdens het rijden
De regels met betrekking tot het gebruik van een telefoon tijdens het rijden zijn duidelijk uiteengezet in artikel 61a van de verkeersregels en tekens verordening 1990 (Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990): Het is verboden voor een persoon die een motorvoertuig, bromfiets, scooter of gemotoriseerd bestuurt mobiliteitshulpmiddel om tijdens het rijden een mobiele telefoon vast te houden.'