Binnen het Koninkrijk is Nederland verplicht om het welzijn van zijn voormalige koloniën te bevorderen, zoals vastgelegd door de Verenigde Naties. Dat betekent dat Nederland verantwoordelijk is voor het welzijn van alle onderwerpen van het Koninkrijk. Meer welzijn is het resultaat van goed bestuur, een gezonde economie en goed functionerende rechtshandhavings- en onderwijssystemen.

Nederland is ook verantwoordelijk voor de rechtbanken en voor de bestrijding van criminaliteit en drugshandel binnen het Koninkrijk, bijvoorbeeld door het onderhouden van een goed opgeleide en georganiseerde politie en een efficiënte en effectieve openbare aanklager. Hoewel Aruba, Curaçao en Sint Maarten nu onafhankelijke landen zijn, gaan deze verantwoordelijkheden verder dan de capaciteit van de eilanden. Het ontbreekt hen aan een voldoende aantal goed opgeleide medewerkers en aan geschikt materiaal en apparatuur om dergelijke taken zelf uit te voeren.

Constitutionele bevoegdheden van de landen van het Koninkrijk der Nederlanden

Het Koninkrijk der Nederlanden is verantwoordelijk voor aangelegenheden betreffende buitenlandse betrekkingen, defensie en de Nederlandse nationaliteit. Overeenkomsten op deze gebieden zijn van toepassing op het hele Koninkrijk en moeten dus worden geïmplementeerd of nageleefd door Nederland, Aruba, Curaçao en Sint Maarten. Voor andere zaken, zoals gezondheidszorg, toerisme en werkgelegenheid, staat het de afzonderlijke landen vrij hun eigen beleid te bepalen.

De Nederlandse ministeries van Buitenlandse Zaken en Defensie bedienen alle vier de landen van het Koninkrijk, net als de Nederlandse ambassades en consulaten-generaal over de hele wereld. Nederland stelt buitenlands beleid op voor het hele koninkrijk, waarbij terdege rekening wordt gehouden met de belangen van zowel het Europese als het Caribische deel van het koninkrijk.

De rol van Nederland in de nieuwe constitutionele orde

Door de nieuwe constitutionele orde te ondersteunen, moet Nederland:

  • steunt Curaçao en Sint Maarten in hun wens om autonome landen binnen het Koninkrijk te worden;
  • kan zorgen voor goed bestuur dat vrij is van corruptie;
  • kan helpen het welzijn van de inwoners van Bonaire, Sint Eustatius en Saba te verbeteren;
  • neemt een groot deel van de overheidsschuld van Caribisch Nederland voor een totaalbedrag van EUR 1,7 miljard;
  • zal op voorlopige basis toezicht houden op het begrotingsbeleid en de openbare financiën van Curaçao en Sint Maarten;
  • zal blijven samenwerken met lokale bestuurders om misdaad en drugshandel tussen Aruba, Curaçao, Sint Maarten en Bonaire, Sint Eustatius en Saba te bestrijden.

Samenwerking

Het Koninkrijk der Nederlanden is verantwoordelijk voor de bescherming van de mensenrechten, de rechtszekerheid en goed bestuur in al zijn constituerende landen. Nederland ondersteunt daarom de rechterlijke macht in het Caribische gebied van het Koninkrijk en helpt de regionale kustwacht en de RST [Recherche Samenwerkingsteam], een team van opsporingsonderzoekers uit Nederland, de voormalige Nederlandse Antillen en Aruba, te handhaven.

  • rechtssysteem
  • kustwacht
  • RST
  • Partnerschapsprogrammas
  • Fondsen
  • Financiële steun voor Sint Maarten

rechtssysteem

Nederland heeft gemiddeld 22 rechters en tien officieren van justitie die werkzaam zijn in het Caribisch gebied van het Koninkrijk. Deze ambtenaren assisteren en adviseren het Openbaar Ministerie en het Gemeenschappelijk Hof van Justitie. Door op deze manier samen te werken, wil Nederland de kwaliteit van het rechtsstelsel in het Caribisch gebied verbeteren.

kustwacht

De kustwacht in het Caribische gebied van het Koninkrijk bestaat uit een samenwerkingsverband tussen Nederland, Aruba, Sint Maarten en Curaçao. De taken van de kustwacht zijn:

  • onderzoek en patrouille: bestrijding van drugshandel, patrouilleren aan de grenzen, douanetoezicht op zee, toezicht op de naleving van de milieu- en visserijwetgeving en toezicht op veilige scheepvaart.
  • diensten: 24-uurs werking van het Rescue and Coordination Center (RCC), afhandeling van maritieme nood, nood- en veiligheidsradiocommunicatie, uitvoeren van zoek- en reddingsmissies (SAR) en assisteren bij de uitvoering van plannen voor mariene rampen.

Partnerschapsprogrammas

Nederland biedt ontwikkelingshulp aan de voormalige Nederlandse Antillen via verschillende samenwerkingsprogrammas. De programmas ondersteunen ontwikkelingsinspanningen op het gebied van overheid, onderwijs en rechtshandhaving, evenals sociale en economische vooruitgang. Elk van de eilanden heeft ook een NGO-samenwerkingsprogramma. De betrokken NGOs zijn actief op het gebied van mensenrechten, armoedebestrijding en andere sociale kwesties.

Fondsen

Er zijn drie fondsen opgericht om de partnerprogrammas te financieren:

  • De Nederlandse Antillen Ontwikkelingsstichting beheert ontwikkelingshulp voor overheidsprogrammas in de voormalige Nederlandse Antillen die zijn opgericht ter ondersteuning van ontwikkelingsinspanningen op het gebied van overheid, onderwijs en rechtshandhaving, evenals sociale en economische vooruitgang. Nederland zal tot eind 2012 blijven bijdragen aan deze programmas.
  • De Antilliaanse cofinancieringsorganisatie beheert Nederlandse ontwikkelingshulp voor NGOs in het Caribische gebied van het Koninkrijk. Nederland zal tot eind 2012 een jaarlijks bedrag aan dit fonds bijdragen. De AMFO bewaakt hoe ontwikkelingshulp wordt besteed; de prioriteit is om jongeren betere vooruitzichten voor de toekomst te bieden.
  • Tot voor kort bood Nederland ook ontwikkelingshulp via de FDA [Fondo Desaroyo Aruba]. De steun is in 2010 stopgezet. De programmas die via het fonds worden ondersteund, zijn voortgezet.

Financiële hulp voor Sint Maarten

Sint Maarten moet een geheel nieuwe overheidsorganisatie oprichten en heeft dringend ervaren personeel nodig om te werken bij de politie, het gevangeniswezen en de immigratiedienst. Nederland helpt Sint Maarten door hulp te bieden bij het werven van personeel van buiten het eiland. De steun wordt voortgezet tot 1 november 2013, in overeenstemming met de op 4 april 2011 tussen Nederland en Sint Maarten gesloten samenwerkingsovereenkomst.

FDA

In 1999 is afgesproken dat Nederland de aan Aruba betaalde ontwikkelingshulp geleidelijk zal verlagen. De twee landen kwamen verder overeen dat Aruba na een periode van tien jaar financieel onafhankelijk zou worden.

Tot 2010 hebben beide landen geld gestort in het Aruba Development Fund of FDA (Fondo Desaroyo Aruba). Nederland heeft bijna EUR 100 miljoen in het fonds gestort en Aruba heeft het vergelijkbare bedrag van 180 miljoen AFL (1 euro = 2.3085 Arubaanse gulden) betaald. De laatste storting gebeurde in termijnen. De Nederlandse aanbetaling daalde elk jaar, terwijl de Arubaanse aanbetaling jaarlijks steeg.

De FDA betaalt voor projecten ter verbetering van de overheid, onderwijs, wetshandhaving en overheidsfinanciën op Aruba. Hiervoor zijn verschillende langeafstandsprogrammas opgezet. De twee landen hebben alleen kaderovereenkomsten gesloten over de langetermijnprogrammas op politiek niveau. Het bestuur van de FDA neemt besluiten over projecten die in het kader van de programmas worden uitgevoerd, op verzoek van de Arubaanse regering. Nederland is daarom niet betrokken bij de projectdetails.

Nederland is gestopt met betalingen aan de FDA. In juni 2010 zijn Nederland en Aruba overeengekomen dat het geld in het fonds mag worden besteed aan een nieuw langetermijnprogramma. Tot 2014 blijft Aruba geld storten om ervoor te zorgen dat de oorspronkelijke projecten worden uitgevoerd.

Artikelen

Topics

Overheid en democratie

[ wgr ] Werk, Geld en Recht

[ wgr ] is een uitgave van Independing Media.

[ wgr ] gebruikt openbare nieuwsbronnen en afbeeldingen uit het publieke domein.

Redactie Keuze

Random Nieuws