Als in Duitsland een aanzienlijke hoeveelheid gevaarlijke stoffen zijn weg vindt naar de Rijn, worden we hier in Nederland geconfronteerd met de gevolgen. Hetzelfde geldt voor andere landen in andere stroomgebieden. Omgekeerd kan Nederland het eerste land zijn dat vissen passeert wanneer ze van zee naar bron migreren. Voor een goed waterbeheer zijn internationale afspraken dus onmisbaar.
Nederland is actief binnen veel internationale organisaties. Vanaf het begin is ons land betrokken geweest bij de Internationale Commissie voor de Bescherming van de Rijn.
Het primaire succes van deze commissie was de herintroductie van zalm in de Rijn, hoewel Rijnzalm nog steeds menselijke hulp nodig heeft om te overleven. Momenteel werkt de commissie aan de volgende doelen:
- milieuvriendelijkere landbouw (minder gebruik van pesticiden, gebruik van boeren als landschapsmanagers);
- betere vroegtijdige waarschuwing tijdens rampen (zoals wanneer een ernstig ongeval stroomopwaarts plaatsvindt);
- verdere vermindering van lozingen.
Deze maatregelen zijn opgenomen in het programma Rijn 2020 - Programma voor duurzame ontwikkeling van de Rijn.
Net als voor de Rijn werden ook internationale commissies ingesteld voor de Maas, de Schelde, de Eems en voor de Noordzee. Al deze commissies ondersteunen de geassocieerde landen bij de uitvoering van maatregelen om de waterkwaliteit te verbeteren.
Internationale samenwerking: kennis delen
Internationale samenwerking is niet alleen beperkt tot buurlanden en lidstaten van de Europese Unie (EU). Het ministerie van Infrastructuur en Waterbeheer deelt ook de kennis die het heeft opgebouwd op het gebied van waterbeheer met andere partijen. Dit gebeurt onder andere via het programma Partners voor Water, waaraan ook andere ministeries, organisaties en bedrijven deelnemen. Een vergelijkbaar voorbeeld is het Netherlands Water Partnership.