Een Nederlandse burger die een gevangenisstraf uitzit in een land buiten de Europese Unie kan in aanmerking komen voor een overdracht naar Nederland om zijn straf in Nederland uit te zitten. Nederland heeft hiertoe internationale verdragen ondertekend over de overbrenging van gevonniste personen met 60 landen.
In Nederland is de procedure vastgelegd in de Wet overdracht overdracht strafrechtelijke beslissingen (WOTS). De WOTS schrijft voor dat een veroordeelde die zijn straf in Nederland wil uitzitten, hiertoe een verzoek bij de lokale autoriteiten moet indienen vanuit de gevangenis waar hij wordt vastgehouden.
Voorwaarden om in Nederland een straf uit te zitten op basis van de WOTS
- De veroordeelde is een Nederlander (of een vreemdeling met een Nederlandse verblijfsvergunning).
- De veroordeelde heeft zijn woonplaats of zijn gewone verblijfplaats in Nederland.
- Nederland heeft een overeenkomst gesloten met het betreffende land.
- Het is niet langer mogelijk om in beroep te gaan tegen de straf (het vonnis is definitief).
- De resterende straf is minimaal 6 maanden op het moment dat Nederland de straf overneemt.
- De veroordeelde dient een verzoek in bij het land van veroordeling en dit land zal een verzoek indienen bij Nederland.
- Zowel Nederland als het andere land stemmen in met de overdracht en de manier waarop de straf in Nederland zal worden voortgezet.