De overheid neemt maatregelen om de veehouderij diervriendelijker en duurzamer te maken. Boeren moeten werken op een manier die de dieren, het milieu en de mensen respecteert.
Veeteelt duurzamer
De veehouderij bestaat uit boeren, de verwerkende industrie en kopers. Ze moeten zelf manieren vinden om de veehouderij duurzamer te maken. Supermarkten en andere retailers spelen een beslissende rol. De vraag van winkels naar duurzame producten neemt toe en dit leidt ertoe dat meer boeren duurzaam produceren.
De overheid ondersteunt deze aanpak met:
- Duidelijke normen en wetten op het gebied van voedselveiligheid, dierenwelzijn en milieu.
- Onderzoek en innovatie via de topsector agrofood.
Hoogwaardig agrarisch onderwijs en onderzoek, bijvoorbeeld bij Wageningen Universiteit en Researchcentrum (WUR).
Financiële steun voor veehouders die investeren in innovatieve stallen voor veehouderij en veehouderij.
Agenda voor duurzame veehouderij
Het ministerie van Economische Zaken ondersteunt ook actief het partnerschap voor de agenda voor duurzame veehouderij. Het werkt samen met bedrijven, maatschappelijke organisaties en provinciale autoriteiten aan de 6 belangrijkste kenmerken van duurzame veeteelt:
- duurzame stallen en houderijsystemen voor dieren;
- diergezondheid en dierenwelzijn;
- integratie van de veehouderij in het landschap en de gemeenschap;
- bijdragen op het gebied van energie, klimaat en milieu;
zakelijke kansen en een levensvatbare markt;
verantwoorde consumptie.
Coördinatie van de vorderingen bij de duurzame veehouderij
Het ministerie van Economische Zaken is van mening dat effectieve coördinatie van vitaal belang is voor snellere vooruitgang bij de duurzame veehouderij. In een brief aan het parlement schreef de minister dat er in het voorjaar van 2017 een coördinator moet worden benoemd. De coördinator zal met de partijen in de sector een platform opzetten om de vooruitgang naar een duurzamere sector te versnellen.
Fosfaatrechten beperken uitbreiding van de melkveehouderij
Nederland produceert te veel mest. Mest bevat fosfaten, dus produceert het land ook te veel fosfaat. Eind 2017 moet Nederland zijn fosfaatproductie onder het Europese productieplafond brengen. Er is een reeks maatregelen aangenomen om dit mogelijk te maken. De maatregelen zijn gericht op de melkveehouderij omdat de veestapel het snelst groeit en de fosfaatproductie het hoogst is.
Drie maatregelen zijn opgelegd:
Lager fosforgehalte in voer
Door feed tracking zal elke veevoederproducent de hoeveelheid fosfor in voer verminderen. De diervoederindustrie zal deze maatregel implementeren.Verminder fosfaten uit de melkveehouderij
De vereniging van melkveehouders heeft een plan opgesteld om de fosfaatemissies te verminderen, dat is opgenomen in de Phosphate Reduction Scheme Order 2017. Het bevel is om de voorraad melkvee op boerderijen die de afgelopen jaren zijn gegroeid geleidelijk te verminderen. Vanaf 1 maart 2017 krijgen deze bedrijven om de maand een doelstelling toegewezen om het aantal koeien te verminderen en daarmee ook de fosfaatproductie te verminderen. Boerderijen die hun doel niet halen, moeten een grote boete betalen, terwijl boerderijen die hun doel wel halen, een bonus ontvangen.Krimpen van de voorraad vee
Producenten die in 2017 stoppen met de melkveehouderij, produceren geen mest of fosfaten meer. Deze boeren komen in aanmerking voor een bonus, betaald uit een subsidieregeling voor stoppen met zuivelactiviteiten.
Varkenshouders werken vrijwillig mee aan fosfaatreductie in 2017. Voor dit doel werkt hun vereniging aan een stimuleringsregeling voor varkensvoer met weinig fosfor.
Duurzame veehouderij en dierenwelzijn
Dierenwelzijn is ook belangrijk bij duurzame veehouderij. De minister heeft in 2013 een brief aan het parlement geschreven waarin het Nederlandse beleid op dit gebied wordt uiteengezet.
De afgelopen jaren heeft de centrale overheid maatregelen genomen om het dierenwelzijn verder te verbeteren. Er is nu bijvoorbeeld een lijst met zoogdieren die als huisdieren kunnen worden gehouden. Er is ook een lijst met dieren die vanaf 1 juli 2017 niet langer als huisdier mogen worden gehouden.
Het gebruik van antibiotica bij de veehouderij verminderen
Dieren in duurzame veehouderij krijgen minder antibiotica. Overmatig gebruik van antibiotica kan bacteriën resistent maken, wat gevaarlijk is voor zowel mens als dier. Daarom werkt de overheid aan het verminderen van het antibioticagebruik in de veehouderij.
Het antibioticagebruik in de veehouderij is de afgelopen jaren met 60% gedaald, maar het doel was een reductie van 70%. Dit is nog niet bereikt. Medio 2017 moeten de resultaten beschikbaar zijn van een studie die een beter beeld geeft van de mogelijkheden om het antibioticagebruik verder te verminderen en welke maatregelen effectief zijn.
Op basis van deze resultaten zal de vee-industrie maatregelen nemen om het gebruik van antibiotica te verminderen. Medio 2017 zal het ook nieuwe doelstellingen voor antibioticagebruik in 2020 aankondigen.